Programma 7. Verstedelijking, wonen en mobiliteit

We voegen 2 woningen toe aan onze voorraad verhuurde panden. Dit zijn woningen in Berghem. Voor de exploitatielasten van deze woningen is jaarlijks € 25.000 nodig. Dit is voor onderhoud, nutsvoorzieningen, belastingen en ook is waar mogelijk rekening gehouden met huuropbrengsten.

We hebben de begroting van parkeren geactualiseerd. We verwachten structureel meer parkeerinkomsten van € 170.000 door de inzet van de scanauto. Vorig jaar hadden we rekening gehouden met meerjarige tekorten. Deze tekorten komen door de bijstelling van de inkomsten te vervallen. Door de inzet van de scanauto verhogen we de pakkans en proberen we het gedrag te veranderen. Daarnaast verlagen de kosten voor onderhoud, advies en inzameling met € 100.000. We storten in 2024 en 2025 € 240.000 in de reserve parkeren, dit bedrag loopt af naar € 90.000 in 2028. We hebben de geplande investeringen van het parkeerbedrijf bijgesteld naar € 270.000 in 2024, € 932.000 in 2025 en € 781.000 in 2027. De investering in Bergoss (vloercoating) stellen we uit naar 2025 en leidt tot € 21.000 lagere kapitaallasten in 2025. In 2027 vervangen we de fietsenstalling Kruisstraat en voegen we toe aan het investeringsplan wat leidt tot € 37.000 hogere kapitaallasten vanaf 2028.

We hebben een nadeel van € 779.000 voor Heesch West. Op basis van de geactualiseerde exploitatieberekening 2024 (risicojaarrekening 2023) Heesch West moeten we de reserve Heesch West aanvullen. Door de netcongestie en het lopend beroep bij de Raad van State hebben we daar te maken met een behoorlijke vertraging. In de exploitatieberekening zitten een aantal gevoeligheden zoals vertraging uitgifte. Of deze tegenvallers opgevangen kunnen worden binnen de grondexploitatieberekening is onzeker. Op basis hiervan verhogen we de reserve Heesch West met € 779.000 tot een bedrag van € 2.512.700.

We voegen de reserve volkshuisvestiging samen met de reserve beheerskosten startersleningen. Deze reserves hebben hetzelfde beleidsdoel. We wijzigen de naam van reserve beheerskosten startersleningen naar reserve kosten verstrekken leningen volkshuisvestiging. We onttrekken € 201.000 uit de reserve volkshuisvesting en storten dit in de reserve leningen volkshuisvesting.

Voor (eventueel) toekomstige grondexploitaties maken we voorbereidingskosten. Deze kosten worden, totdat de gemeenteraad de grondexploitatie activeert, als IMVA (immateriële vaste activa) verantwoord. In de afgelopen jaren zijn daar al diverse kredieten voor toegekend. Voor 2024 is daarvan nog ca. € 1,2 miljoen beschikbaar vanuit niet besteed geld van afgelopen jaren. Aanvullend is bij raadsbesluit van 27 juni 2024 € 541.000 extra beschikbaar gesteld op basis van het Meerjaren Programma Grondbedrijf (MPG) 2024. We stellen nu voor om, op basis van het Najaarbericht grondbedrijf 2024, nogmaals aanvullend € 1,4 miljoen beschikbaar te stellen. We betalen dit uit de algemene bedrijfsreserve van het grondbedrijf. Deze € 1,4 miljoen is nodig voor Groot Amsteleind (€ 1,2 miljoen) en voor de Raadhuislaan Zuid (€ 0,2 miljoen).

We stellen voor om € 370.348 uit de reserve geluid vrij te laten vallen in 2025. Voor deze middelen is momenteel geen bestedingsplan. We besteden in 2024 aan € 70.000 Nieuw Zevenbergen en € 15.000 aan locatieprofielen. Het restant van de reserve laten we vrijvallen in 2025.

We werken aan een plan om een parkeergarage te realiseren aan de Raadhuislaan Zuid. Deze is noodzakelijk omdat de bestaande parkeervoorzieningen grotendeels verdwijnen door de bouw van het nieuwe theater en het realiseren van diverse woontorens. Op moment van schrijven zijn er alleen globale ramingen beschikbaar voor de bouw en exploitatie van deze voorziening. De stichtingskosten hebben een financiële relatie met de nog te openen grondexploitatie aan de Raadhuislaan Zuid. Het saldo van de toekomstige exploitatie is sterk afhankelijk van parkeerbeleid. Bij bestaand parkeerbeleid schatten we het jaarlijkse verlies binnen de exploitatie op circa € 800.000. Door het aanpassen van de parkeertarieven, -tijden en -gebieden is mogelijk tot een minder verliesgevende exploitatie te komen. Omdat zowel de ramingen als het besluitvormingstraject nog onvoldoende doorlopen zijn nemen we hier een PM post op.

We stellen voor om € 300.000 beschikbaar te stellen voor de kosten voor het opstellen van een integrale gebiedsvisie en ontwikkelstrategie Spoorzone. Het is belangrijk om serieus en concreet werk te maken van de strategieën voor de verstedelijking van de spoorzone. Het betreft een groot gebied (van Schadewijk tot Amsteleind) waar al veel woningen, werklocaties en voorzieningen zijn, maar waar er nog vele bij komen tot 2040. Voor de onderzoeken met betrekking tot de aanpassingen aan spoorweg en stations is al budget beschikbaar gesteld voor de komende 3 jaren. Met de provincie Noord-Brabant hebben we een intentieovereenkomst afgesloten. De provincie Noord-Brabant draagt € 100.000 hiervoor bij. Wij willen het restantbedrag van € 200.000 onttrekken uit de reserve binnenstedelijke transformaties. Voor communicatie op dit gebied, participatie in een platform (stadmettoekomst), presentatie van projecten en debatten zoals de week van de stad stellen we voor om voor de komende jaren een bedrag van € 100.000 besteden. Dit bedrag onttrekken we ook uit de reserve binnenstedelijke transformaties.

We vinden het belangrijk om financiële steun te verlenen aan Stichting de Maasveren om het veerverkeer over de Maas te behouden. We stellen voor om de Stichting de komende acht jaar te ondersteunen met een jaarlijkse tegemoetkoming van maximaal € 37.500. Dit bedrag is gebaseerd op 50% van het werkelijke exploitatietekort van de Stichting. Het doel van deze steun is om ervoor te zorgen dat het veerverkeer over de Maas als onderdeel van het lokale en regionale netwerk behouden blijft. We betalen het totale bedrag van € 300.000 uit de reserve mobiliteit. In 2024 onttrekken we daarom € 300.000 uit de reserve mobiliteit en dit storten we in de reserve Maasveren. Vanuit de reserve Maasveren stellen we van 2024 t/m 2031 jaarlijks € 37.500 beschikbaar.

We stellen voor om de subsidie aan de wijkbus te verlengen, dit kost jaarlijks € 31.000 vanaf 2025. De huidige subsidie loopt eind 2024 af. Na evaluatie hebben we geconcludeerd dat de wijkbus een belangrijke (sociale) voorziening is en stellen we voor om deze subsidie structureel te verlengen.

We stellen voor om vanaf het jaar 2026 jaarlijks € 250.000 extra te reserveren voor de realisatie van onze spoorambities. Voor de ambities van de spooragenda in het stedelijke gebied gaan we op dit moment uit van een gemeentelijke investeringsbijdrage van € 125 miljoen. Een eerste financiële verkenning is heel grof geraamd op € 350 miljoen. We gaan hierbij ervan uit dat de gemeente Oss voor circa 35% bijdraagt. In de spooragenda worden de projecten concreter gemaakt. De opzet is dus om het benodigde bedrag tot € 125 miljoen te sparen tot en met het jaar 2024. Door de rentestijging in de afgelopen jaren (actueel uitgangspunt voor de rente is 3,3%) komen we uit op een investeringsbijdrage van € 105 miljoen. Hiermee is er dus minder geld beschikbaar voor de realisatie van onze ambities. Wanneer we uitgaan van een rente van 3,3% zouden we € 450.000 jaarlijks moeten toevoegen. Gezien de financiële positie en mogelijke renteschommelingen kiezen we ervoor om jaarlijks een bedrag van € 250.000 toe te voegen. Wanneer de rente 2,8% zou stijgen zouden we met deze extra storting bij het beoogde investeringsbedrag komen.

We stellen voor om in 2028 een bedrag van € 11,5 miljoen te storten in de reserve Fysieke kwaliteit leefomgeving vanuit de reserve bovenwijkse voorzieningen. De winst van de grondexploitatie Amsteleind was voor een bedrag van € 11,5 miljoen bestemd voor het betalen van de spoorambities. Deze winst zou hiervoor in de reserve fysieke kwaliteit leefomgeving worden gestort. De winst was gebaseerd op de plannen van Amsteleind in noordelijke richting. Door de gewijzigde ontwikkelrichting naar het zuiden is deze winstafdracht niet meer mogelijk. We kunnen dit opvangen doordat we lagere kosten hebben voor de ontsluitingswegen. De Westelijke ontsluitingsweg en de Noordelijke ontsluitingsweg fase 3 komen door deze gewijzigde ontwikkelrichting te vervallen. De kosten voor deze ontsluitingswegen zouden uit de reserve bovenwijkse voorzieningen betaald worden. We hevelen het vrijvallende bedrag van € 11,5 miljoen uit deze reserve over naar de reserve fysieke kwaliteit leefomgeving. Hierdoor blijft het beoogde investeringsbudget voor de spoorambities in stand. Daarnaast verplaatsen we de jaarlijkse storting van € 258.000 in de reserve Bovenwijkse voorzieningen naar de reserve fysieke kwaliteit leefomgeving.

We stellen voor om van 2025 tot en met 2028 € 121.000 beschikbaar te stellen voor Slimme Mobiliteit/Brabantstad. Dit besteden we aan de samenwerking binnen Brabantstad op het gebied van slimme mobiliteit. Hiervoor is recent, met de B7 partners, een overeenkomst gesloten voor de komende vijf jaar. We betalen dit in 2025 tot en met 2028 uit de reserve mobiliteit. Het bedrag voor 2024 bedraagt € 60.000 en betalen we uit het reguliere mobiliteitsbudget.

We stellen voor om een bedrag van € 150.000 beschikbaar te stellen voor onderzoekskosten reconstructie Heihoeksingel. Dit bedrag betalen we uit de reserve mobilteit.

We stellen voor om een bedrag van € 150.000 beschikbaar te stellen voor onderzoekskosten nieuwe parkeervoorziening aan de Raadhuislaan. We betalen dit uit reserve parkeren.